Eva Looijen - Student Leraar Duits
De destijds 17-jarige Eva Looijen was tijdens haar eerste stage als docent nauwelijks ouder dan haar leerlingen. Toen ze vertelde dat ze aan het vmbo les wilde gaan geven kreeg ze waarschuwingen als "Oh, Eva, als dit maar goed komt” en “Het wordt pittig, Eva''. Hoe ze dat zelf ervaren heeft? Lees er hier meer over. Hoe ze dat zelf ervaren heeft? Daarover lees je hier meer.
Eva is opgegroeid in Potsdam, Duitsland, naast Berlijn. Ze wist al heel lang dat ze een lerarenopleiding wilde gaan doen. ''Ik vond het altijd helemaal geweldig en ik had ook altijd super goede docenten en dat maakte dat ik zelf ook les wilde geven. Ik wilde eerst lesgeven in Duitsland, maar mijn ouders hadden toen al een tijdje in Nederland gewoond en dat miste ik ook wel een beetje.'' Eva ging bij zichzelf na welk vak passend was voor haar en daar was ze snel uit. ''Duits… Nou waarom ga je het dan niet gewoon in Nederland doen? Dus toen heb ik ervoor gekozen om het gewoon te proberen. Zonder er te veel over na te denken, want ik wist sowieso niet wat ik anders had kunnen doen.'' En gelukkig maar, want bij haar eerste stage dag kwam ze erachter dat ze het hartstikke leuk vond!
Leeftijdsverschil
In het begin vond Eva het spannend dat het leeftijdsverschil tussen haar en de leerlingen erg klein was. ''Ik was tijdens mijn eerste stage pas 17. Ik liep stage in Zevenaar bij vmbo Basis & Kader. Die leerlingen zijn natuurlijk nog een stukje jonger, gelukkig, maar alsnog kreeg ik de vraag: Hoe oud ben jij? En toen dacht ik nog: Moet ik dit eerlijk zeggen of niet?'' Ze vertelde dat ze 17 was en iedereen was erg verbaasd, maar juist in positieve zin! ''Ze vroegen zich af hoe het mogelijk is dat ik al bijna docent ben en dat zij nog geen idee hebben van wat ze later willen worden.”
De Duitse taal
"Ik dacht eigenlijk dat ik een voordeel had, want Duits is natuurlijk mijn moedertaal. De twijfel zat hem vooral in hoe het zat met mijn Nederlands.'' Eva vond het tot een jaar geleden moeilijk om Nederlands te schrijven en te spreken. Inmiddels is dat al beter geworden. ''Ik kwam er tijdens de opleiding toch achter dat het moeilijk is om de Duitse taal vanuit een ander perspectief te zien. Ik heb de taal natuurlijk op een andere manier geleerd dan mijn leerlingen, waarvoor het een moderne vreemde taal is. Dat was wel een uitdaging. Je wordt uitgedaagd om de grammatica op een andere manier te zien. Ik heb nooit rijtjes grammatica geleerd, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat je een nadeel hebt als Duitse “moedertaler”, want je slaat alles wel na één keer zien gelijk op.'' Die wisseling van perspectief was wel even pittig. Volgens Eva moet je de Duitse taal ook heel leuk vinden om de opleiding te kunnen waarderen. ''Ik doe nu de tweedegraadsopleiding, maar ik wil uiteindelijk de eerstegraadsopleiding gaan doen na mijn bachelor. Ik doe dan nog de master aan de universiteit, maar de reden dat ik niet direct voor eerstegraads ben gegaan is, omdat ik weet dat scholen liever deze weg zien op je CV, omdat je dan al direct de praktijkervaring hebt opgedaan.''
Het vmbo
Eva vond dat werken op het VMBO een grote uitdaging voor haar was. Ze is immers het scholensysteem in Duitsland gewend. Daar kwam bovenop dat ze heel haar leven al op best strenge scholen heeft gezeten, waardoor de overgang naar het vmbo in Nederland best een groot verschil was. ''Toen ik erachter kwam dat ik stage moest doen op het VMBO, kreeg ik al waarschuwingen van mensen: “Oh, Eva, als dit maar goed komt”, “Eva, het is pittig”, en sommigen zeiden zelfs “Het is verschrikkelijk”. Ik was dus best wel bang.'' Gelukkig viel dat allemaal best mee. De docenten waren allemaal hartstikke vriendelijk en begrepen dat het een uitdaging was voor Eva. Ze werd met open armen ontvangen. ''Het was een hele leervolle periode, maar tegelijkertijd heeft het me ook doen inzien dat ik voor het vakinhoudelijke op dit niveau niet helemaal op de juiste plek zit. Daarom ben ik blij dat het mogelijk is om hierna nog naar een eerstegraadsopleiding te kunnen gaan volgen.''
Stage-ervaringen
''Je leert super veel van de eerlijkheid van studenten. Studenten zeggen het als je iets goed doet, maar ook zeker als je iets slechts doet. Ik stond dit jaar altijd voor andere klassen. Dat maakte dat ik de namen vaak niet kende en niet wist wat ze al wisten. Ik hoop dat ik in het tweede jaar voor een vaste groep kom te staan, zodat ze aan mij kunnen wennen en ik die dynamiek ook kan ervaren. Het lijkt me ook leuk om een ander niveau te onderwijzen.''
Daarnaast merkte ze dat ze meer voor spreekvaardigheid wil doen. ''Ik heb ooit aan een taaldorp meegedaan, ergens in de achterhoek. Het was in een museum en leerlingen hadden allemaal hun eigen rol. Ik was met kunst bezig en moest met leerlingen in gesprek over kunst. Ik merkte dat het Duits spreken echt achterbleef. Dat vond ik heel jammer en de leerlingen gaven aan dit ook graag te willen kunnen.'' Eva denkt dat het hier aan de grens vooral belangrijk is om met de opleiding naar Duitsland te gaan en om studenten echt in contact te brengen met de Duitse taal.
Eva als leraar
''Ik heb nu vooral gehoord dat ik nog best een 'Duitse leraar' ben. Daarmee bedoelen ze dan strak of zakelijk, wat helemaal niet slecht hoeft te zijn, maar ik zou dat wel meer willen loslaten. Iets relaxter en spontaner. Ik zie dat veel bij de docenten hier en het maakt het toch wel iets makkelijker. Het hoeft niet allemaal in de puntjes perfect. Dat is juist voor leerlingen niet heel fijn en het kan dan ook een stressbaan worden.''
Advies voor jou!
"Je komt direct van de middelbare school, dus je weet hoe het eraan toe gaat. Probeer daarom juist een ander perspectief in te nemen. Je bent niet meer een leerling, dus denk erover na hoe je het zou vinden als je zelf de docent bent.'' Namens Eva is het van belang om te praten met andere docenten, kennissen, naar open dagen te gaan, meeloopdagen te volgen etc. ''Ik had zelf een gesprek met een docent die zo overtuigend was, dat ik na het gesprek wist dat ik het wilde gaan doen. Voor mensen die twijfelen of het docentschap wel iets voor hen is: Probeer het eens uit! Vraag eens aan je docent of je een keer mag meelopen. Ik denk dat docenten dat ook veel vaker zouden moeten vragen aan studenten.''