Vivian van Slooten
“Al toen ik op de middelbare school zat, zei mijn moeder dat de Universiteit Maastricht, met het Probleemgestuurd Onderwijs, goed bij mij zou passen. Maar ik kom uit Heerlen en ik wilde niet zo dicht bij huis studeren. De studie die ik koos ging niet zo lekker, na een jaar ben ik alsnog naar Maastricht gegaan.
Ik koos voor de Nederlandse variant van Cultuurwetenschappen en vanaf het begin hadden we met de twintig medestudenten een leuke groep. We houden contact via Whatsapp en Facebook en we doen het echt samen: superleuk. Mijn moeder had toch gelijk, natuurlijk. Actief met de stof bezig zijn, helpt mij om het te onthouden. Als ik voor een toets studeer, praat ik iedereen in mijn omgeving de oren van de kop over wat ik heb geleerd. Dan blijft het echt hangen.
Ik denk dat het belangrijk is om je tijdens je studietijd te ontwikkelen. Daarom gaf ik me bijvoorbeeld op voor een wedstrijd van de debatclub Retorika, want debatteren vind ik eigenlijk vreselijk. Je kunt je niet voorbereiden op wat de ander zegt, misschien komt het daardoor, want met presenteren heb ik geen moeite. Debatteren is ook voor de toekomst een belangrijke vaardigheid.
Ook ben ik lid geworden van studievereniging Orakel, waar ik dit jaar zelfs president van ben. Het wordt een druk jaar, maar ik ben op mijn best als ik het druk heb. Tijdens de middelbare school werkte ik ook zestien uur in een supermarkt. Orakel organiseert bijvoorbeeld aan het eind van elke studieperiode een studiegroep, waarin tweedejaars studenten herhaallessen geven aan eerstejaars. Ik had zelf bijvoorbeeld wat moeite met Kant en Nietzsche in het eerste jaar, dus ik had er veel aan dat ik nog wat vragen kon stellen.
Het eerste jaar sprak het thema Apollo en Dyonisus me het meeste aan. Apollo is de god van de wetenschap, Dyonisus van de gekte. Het gaat er uiteindelijk om dat een goed leven bestaat uit die twee. Kunst vind ik ook interessant. Als je het schilderij Olympia van Manet bijvoorbeeld analyseert, blijkt het meer te zijn dan alleen een naakte dame. De bloem in haar haar en de kat aan het eind van haar bed, zegt bijvoorbeeld dat ze prostituee is. En de slaaf suggereert dat ze niet arm is, dus misschien een soort escorte.
Het is in Maastricht wel belangrijk dat je actief meedoet. Als je dat niet doet krijg je een half punt afgetrokken van je eindcijfer en het is voor de andere studenten ook vervelend. Voor mij is het een heel goede keus geweest over te stappen.”