Geavanceerde MRI-scans, operatierobots en op maat 3D-geprinte kunstorganen: medische technologie is niet meer weg te denken uit de gezondheidszorg. Innovatieve behandelmethoden vragen om een nieuw soort medisch professional. Iemand met medische én technische kennis, die de brug slaat tussen de techniek en de patiënt. Dat is de Klinisch Technoloog!
De opleiding Klinische Technologie is een multidisciplinaire studie waarin geneeskunde en techniek samenkomen. Als student leer je op een ingenieursmanier het menselijk lichaam en ziektes analyseren en leer je werken met complexe technologieën. Je wordt opgeleid tot een technisch-medisch professional die zijn of haar expertise inzet binnen een medisch behandelteam.
Over de opleiding
Bij Klinische Technologie word je opgeleid tot medisch-technisch professional die zijn of haar expertise inzet binnen een medisch behandelteam voor een optimale diagnose en behandeling van de patiënt. Een Klinisch Technoloog vergemakkelijkt de introductie van technologische vernieuwingen in de zorgsector en maakt het verschil in de gezondheidszorg van de toekomst. Als student leer je op een ingenieursmanier het menselijk lichaam en ziektes analyseren en leer je werken met complexe technologieën.
Wat ga ik leren?
Bij Klinische Technologie leer je als een ingenieur te kijken naar het menselijk lichaam en je leert werken met de nieuwste medische technologieën op het gebied van gezondheidszorg. Op die manier kun je het verschil maken in de gezondheidszorg van de toekomst.
In de opleiding staat de samenwerking van geneeskunde en techniek centraal. Dat betekent dat je zowel medische als technische kennis opdoet. Dit wordt zoveel mogelijk gecombineerd binnen de vakken die je volgt. Wanneer bijvoorbeeld het skelet en de spieren worden behandeld, bestudeer je de anatomie maar leer je ook het lichaam te beschrijven volgens de wetten van de (bio) mechanica. Door te rekenen aan het lichaam kun je voorspellingen doen, bijvoorbeeld van de ernst van een ziekte.
Omdat je als medisch professional contact hebt met patiënten, ga je ook aan de slag met gesprekstechnieken en vaardigheden voor lichamelijk onderzoek. Daarnaast oefen je met voorbehouden handelingen, zoals hechten en het geven van injecties.