Als fysiotherapeut behandel je mensen die klachten hebben aan het bewegingsstelsel. Hierbij horen houding, beweging, spieren, gewrichten, ademhaling, evenwicht en motoriek. Hierbij is jouw doel de optimalisering van het functioneren van het lichaam, vermindering van eventuele pijn, ontspanning van de spieren, verbetering van de bloedcirculatie en verbetering van de lichaamshouding. Je onderzoekt je patiënten aan de hand van zijn of haar klachten en stelt samen met de patiënt een behandelplan op. Voor elke patiënt stel je een individueel op maat gemaakt plan op. Als fysiotherapeut maak je gebruik van verschillende soorten therapie. Zo kun je denken aan massagetherapie, oefentherapie en elektrotherapie. Ook maak je gebruik van hulpmiddelen zoals fitnessapparatuur, klimrekken en evenwichtsbalken. Je komt met veel verschillende soorten patiënten in aanraking. Zo zijn patiënten van fysiotherapeuten veelal mensen met een aangeboren motorische of geestelijke beperking of mensen die moeten revalideren na bijvoorbeeld een ongeluk. Ook chronisch zieken, bijvoorbeeld mensen met reuma, behoren tot de clientèle van een fysiotherapeut.

Een sportinstructeur geeft instructies bij sportactiviteiten. Dit kan gaan om het geven van groepslessen maar ook om individuele begeleiding. Bij groepslessen bereidt de sportinstructeur de lessen voor en enthousiasmeert tijdens een les de groep voor de sport die beoefend wordt. Hij of zij let op afwisseling, beweging van verschillende spiergroepen en of mensen zichzelf niet blesseren. Bij individuele begeleiding overlegt de sportinstructeur met de klant over het bereiken van bepaalde persoonlijke doelen. De sportinstructeur kijkt naar lengte, leeftijd en gewicht en stelt in combinatie met de doelen van de klant een schema op. In dit schema staat hoe vaak welke oefeningen gedaan moeten worden. Aan de hand van dit schema coacht de sportinstructeur zijn klant, waarbij onder andere rekening gehouden wordt met hartslag, bloeddruk en gezondheid van de klant. Een sportinstructeur geeft uitleg over apparaten en tijdens groepslessen doet hij oefeningen vaak voor. Een sportinstructeur krijgt te maken met groepen van allerlei verschillende leeftijden en achtergronden. Zo kan een sportinstructeur kinderen, ouderen maar ook bijvoorbeeld mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking lesgeven. Iedere groep vraagt om een eigen soort begeleiding. Als je instructeur wilt worden kun je verschillende sport- en bewegingsstudies doen op hbo niveau.

Als sportmanager, of sportondernemer, ben je verantwoordelijk voor het leiden en het draaiende houden van een sportcentrum. Hierbij ben je het meest betrokken bij de bedrijfsvoering en de organisatie van de onderneming, en niet zo zeer bij de alledaagse werkzaamheden. Je houdt je bezig met de financiën, het personeel en de marketing. Sommige taken, zoals de administratie, zul je delegeren aan andere leden van het personeel. De sportmanager of ondernemer heeft een duidelijke visie voor zijn of haar sportschool. Niet alle sportmanagers zullen ervoor kiezen om een sportcentrum te leiden. Een baan op het gebied van beleid en advies binnen de sportwereld behoort ook tot de mogelijkheden. De sportwereld is volop in ontwikkeling en kent een brede arbeidsmarkt.

Als je sportmanager wilt worden kun je kiezen uit de hbo opleidingen Manager Sport, Fitness en Leisure, Commerciële Sporteconomie of Sport, Management en Ondernemen.

Als topsporter ben je het merendeel van de tijd bezig met je sport en trainingen. Topsporters trainen, afhankelijk van hun sport 25 tot 30 uur per week, verspreid over vijf à zes dagen. Daarbij komen andere sport-gerelateerde activiteiten, zoals gesprekken met coaches, interviews, en het zoeken naar sponsoring. Daarnaast zijn er natuurlijk de wedstrijden en toernooien, waar je alleen of met je team aan deelneemt. Vaak hoort daarbij dat je moet reizen, naar andere landen of steden. Je bent dus veel onderweg en hebt een druk schema. Je carrière als topsporter is meestal kort. Afhankelijk van de sport ben je al snel te oud. Na je sportcarrière kan je in de sport actief blijven, bijvoorbeeld als commentator, coach, trainer of in een sportbestuur. Sommige topsporters gaan naar een andere draai.